Biljarten - de leukste sport die er is.

 

- Home
- De geschiedenis
- Het materiaal
- De spelsoorten
- Woordenlijst
- Links


Biljart Geschiedenis

Hierover lopen de meningen nogal uiteen er gaan zelfs verhalen in het rond dat Cleopatra het spel al beoefende in haar tijd. Wat wel een feit is dat meerdere landen belangrijk zijn geweest in de ontwikkeling van het spel, zoals daar zijn Frankrijk, Engeland, Italië en Egypte. Hoogstwaarschijnlijk is het spel in de 15de eeuw ontstaan in Frankrijk en was het aanvankelijk een buitensport. En om de eenvoudige reden dat het buiten wel eens te koud was om te golven, verhuisde het spel naar binnen op een houten tafel welke bekleed werd met een groen laken, waarschijnlijk om de kleur van het gras na te bootsen.

De tafel werd afgebakend met latten en in plaats van te stoten werden de ballen verschoven met een houten stok.

De term biljart is waarschijnlijk afkomstig uit Frankrijk, samengesteld uit de woorden “bille”, wat bal betekent en “art” wat kunst betekent. Over het algemeen wordt wel aangenomen dat de Fransen de ontdekkers zijn van het caramboleren. Het schijnt zelfs zo geweest te zijn dat om te spelen het dikke einde van de stok werd gebruikt als schuifvlak. Later werd er met het dikke stokeinde tegen de bal geslagen en weer later werd er gespeeld met het dunne uiteinde van de stok. De laatste ontwikkeling was eigenlijk uit nood geboren, want indien de bal te dicht bij de rand lag dan kon men er niet meer bij met de voorkant en moest men de keu omdraaien ten einde de dunne kant te kunnen gebruiken, iets wat lange tijd alleen aan mannelijke spelers was voorbehouden omdat men bang was dat de dames een scheur in het laken zouden maken!

De tafels hadden in het begin platte verticale randen zodat de ballen niet steeds van tafel af zouden rollen. Al gauw leerde men hiervan gebruik te maken en begon men hier gericht op te spelen, het bandstoten was ontdekt.

In onze land kan Noord-Nederland als de bakermat van het biljart worden beschouwd, in 1696 bestond er al een gedrukte handleiding, dit zou als bewijs kunnen dienen dat de Nederlanders het spel in 1653 in Amerika hebben ingevoerd. De eerste biljartwedstrijden zouden in Friesland en Groningen zijn gehouden.

In de loop der eeuwen werd het materiaal steeds meer verbeterd, waardoor het mogelijk werd dit spel wetenschappelijk aan te pakken. Vooral de uitvinding van de pomerans door de Fransman Francois Mangaud omstreeks 1827, heeft hierin een grote rol gespeeld. Hiermee werd het namelijk mogelijk de biljartbal zo te bewerken dat alle mogelijke effecten met een mathematische nauwkeurigheid bereikt konden worden.

De spelsoort is in de loop der eeuwen overal op de wereld doorgeëvolueerd tot de vele huidige spelsoorten die er zijn zoals daar zijn het Koreaanse carambolebiljart, het Russische biljart, het golfbiljart, het poolbiljart, het English billiards en het snooker.

Van al deze spelvormen zijn er eigenlijk 3 die er echt uitspringen en eigenlijk overal in de wereld bekend zijn. Allereerst heb je het Poolbiljart (16 ballen, 6 gaten en twee spelers die de ballen in de gaten moeten krijgen), zeer populair bij het uitgaanspubliek als spelletje, maar ook als sport zeer serieus te nemen, vooral in Amerika. Ook hier bestaan alweer meerdere varianten van. Voorts heb je nog Snooker, een verfijndere en 'moeilijkere' sport, die in Nederland in populariteit afneemt, maar in Engeland zeer hot is, met dank aan een aantal kleurrijke figuren die de sport in de jaren 70 en 80 behoorlijk in de kijker hebben gespeeld. Dit is de biljartvorm waar, voor de echte top, het geld is te halen. De derde vorm, is het carambolebiljart.

Maar daarmee zijn we er nog niet, het carambolebiljarten is in de loop der jaren uitgebreid om het voor de toppers attractief te houden, dit heeft geleid tot een aantal verschillende spel- vormen, naast de basisvorm, het zogenaamde libre, zijn vervolgens het kaderstoten, het bandstoten, het driebanden en het kunststoten ontstaan. Ook zijn er in het café diverse spelsoorten ontwikkeld zoals bv. “10 over rood” en “kastje stoten”.